Zondag 28 maart 2021. Met de camper van Retranchement naar Groede 8 km.
Wederom een kleine verplaatsing. We willen het mooie dorpje weer eens bezoeken en fietsen langs de kust tot Breskens. Het is nog steeds lastig open campings te vinden, die we leuk en betaalbaar vinden. Zo komen we ietwat tegen ons zin terecht op CP de Ploeg. Een grasveld plus parking voor de verblijfscamping. Op het grasveld mogen en willen we niet, nog te drassig. Met de neus naar de afgesloten camping voelt het voor mij claustrofobisch aan. Gelukkig gaat Leen overstag en wordt ons Libby, ondanks de nog steeds felle wind op de deur, toch gedraaid. In ieder geval wat meer uitzicht zo. We besluiten hier geen 2 à 3 nachten te blijven, maar ons wensenlijstje vandaag al op de fiets af te werken.
We beginnen met de verkenning van Groede. Het dorp is in deze toeristische kuststrook verrassend authentiek gebleven. Naast enkele mooie 17e eeuwse pandjes vind je er schilderachtige straatjes, waarin ambachtelijke bedrijfjes een plek gevonden hebben.
Jacob Cats, dichter Vadertje Cats, heeft hier na zijn staatmanschap gewoond en enkele polders drooggelegd. Ook staat Groede al jaren bekend om zijn paptaarten. Wij, in Oost Zeeuws Vlaanderen, hadden papkoeken. Een kadetje gevuld met banketbakkersroom, maar in t westen waren het platte ronde broodjes met de vulling open en meegebakken. Vroeger bakte men op de boerderijen wekelijks brood. De paptaarten van restjes deeg werden daarna in de nog hete oven geschoven, zo is mij als klein meisje verteld. Helaas scoren wij vandaag nergens een paptaorte.
We verlaten Groede richting kust. Op de dijk, boven het natuurgebied in ontwikkeling ‘Waterdunen', waait het zo hard en vlagerig dat we een paar keer de berm ingezwiept worden. Heftig!
De duinen bereikt sjezen we met de wind in de rug naar Breskens. Wauw! De ‘overkant' de Walcherse kust en Vlissingen helder in zicht.
Aan de landkant nog meer Waterdunen.
Over de Panoramaweg, een stukje buitendijks waar ook auto's mogen rijden tot aan de ferryhaven. Het veer uit de vaart vanwege de wind?
In Breskens rijden we tot aan de vissershaven. Hoewel er steeds minder vissers zijn, liggen er nog wel enkele boten en heeft het zijn sfeer bewaard.
Net als Oostburg heeft ook Breskens (zelfde gemeente) her en der kleurrijke kunstwerken staan.
Ondanks dat het nog steeds pittig waait, kunnen we ons op de terugroute makkelijker in het zadel houden. We ronden het uitgebreide Waterdunenproject. Helaas zijn de vlonderpaden er doorheen nog niet opengesteld. Het ziet er al geweldig uit.
Bij de CP is een landwinkel. De vriendelijke uitbaters hebben ons vanmorgen ingeschreven en slijten ons een zalig schepijsje. Toch nog 25 km weggetrapt. Met recht uitgewaaid!
CP de Ploeg € 19, Groede, West Zeeuws Vlaanderen.
Maandag 30 maart 2021, van Groede West - naar Hulst – Oost Zeeuws Vlaanderen 50 km.
De laatste dagen van dit tripje gaan in. We rijden naar Hulst. Van deze mooie vestingstad staat de wallenwandeling ook al een poos op het verlanglijstje. Past ook helemaal in het kader van t Zeeuws Vlaamse volkslied, dat onbedoeld het thema van deze trip lijkt te worden. - Van d'Ee (Eede) tot Hontenisse, van Hulst tot aan Cadzand -.
De komende dagen wordt het genieten van lenteweer. Het voelt dan ook heerlijk. Vanaf de gemeentelijke CP lopen we naar de dichtstbijzijnde poort met het beeld van Reynaert de Vos, ook onverbrekelijk met Hulst verbonden. Reintje is druk met Pasen.
Wij lopen de volledig gesloten stervorm helemaal af.
Onderweg passeren we een paar oude poorten, de molen, een leuke ‘middeleeuwse' speeltuin en mini Spaanse wachters, o.a. genaamd Silencio, Curioso en Flamenco.
En overal dat geweldige uitzicht. Zowel op de stad als naar buiten.
Nog even de Markt met de mooie kathedraal herbewonderen en wat vers inkopen op de weekmarkt. Nu we toch bezig zijn meteen door naar de super, ook al vlakbij de CP. Dit mogen dan maar simpele parkeerplaatsen zijn. De plaats ligt ideaal voor wandelen en fietsen.
CP Havenfort € 0, geen sani, Hulst.
Dinsdag 31 maart 2021, toeristisch van Hulst naar Zaamslag, Oost Zeeuws Vlaanderen.
Vandaag 1 jaar geleden zaten we op de speciale ferry van Tanger Med naar Sète, nadat corona onze Marokkoreis grondig door de war had geschopt, maar ook is t op de kop af 10 jaar geleden dat we voor t eerst met ‘Ons Libby' op pad gingen. De maiden night brachten we door, warempel ja, in Hulst en daarna op het toen nog kersverse campererf de Feijter. Vandaag blijven we in de herhaling en rijden daardoor ook uitgebreid door de voormalige gemeente Hontenisse (van d'Ee tot Hontenisse).
1e stop: OP Saeftinghe, Emmadorp. De OP is in beslag genomen door Gina van ‘t Verdronken Land Café om haar picknickbanken (geen terras) coronaproef neer te zetten. Wij parkeren dus op de (verboden voor campers) P van het bezoekerscentrum.
De dijk af voor de vlonderwandeling door de schorren van t grenspark Verdronken Land van Saeftinghe. Zo mooi.
Alleen wij, vogels en verder stilte. Het is laag water en behoorlijk glibberig. Geen krabben gezien deze keer.
Een eindje verder parkeren we op 1 van de 2 camperplaatsjes in Paal. Ook hier de dijk over.
Een korte wandeling naar het droogliggende getijdenhaventje kan er ook bij.
Bij Kruisdorp de volgende stop voor het prachtige watersnood kunstwerk van Ronny Inghels.
Tot Walsoorden verder langs de Schelde.
Hier rijden we op Kloosterzande aan. Ook dit dorp heeft een paar plaatsen voor campers gereserveerd. De parking ligt naast een prachtig parkje met stinzenplanten.
Door de hoogstamboomgaard schemert de huidige NH kerk.
Het enige overblijfsel van het vroegere Hof te Zande. Behorend bij een cisterciënzer abdij, die hier in de late middeleeuwen begon in te polderen.
Alweer een pareltje, weg van t groot toerisme.
Ik wandel er in alle rust en krijg bij het kerkje toestemming takken van het kastanjesnoeisel mee te nemen.
Ondertussen is het bijna middag. Via Vogelwaarde arriveren we op het bekende erf.
De komende dagen willen we vooral genieten van de lente, voordat we de paasdagen thuis doorbrengen.
Campererf de Feijter € 14, Zaamslag
Woensdag 31 maart 2021, laatste camperdag.
Dit prachtig zomerse eind van deze trip is, in ieder geval voor mij, een slome dag geworden. Geen energie, maar lekker gelezen en in de nog steeds aangename avond toch een wandelingetje. Leen is wel aktief en fietst een rondje van 30 km.
Campererf de Feijter, Zaamslag.
Donderdag 1 april 2021, van Zaamslag, Oost Zeeuws Vlaanderen naar Goes, Zuid Beveland.
Ons Libby staat weer in de stalling na een lekker actieve trip door ons geboortegebied. Bekend en toch heel verrassend.
Wanneer we weer op pad kunnen en waarheen, hangt af van de covid ontwikkelingen en hoe lang het nog duurt eer we allebei de vaccinatie zullen krijgen.
Voor de liefhebbers hierbij het Zeeuws Vlaamse volkslied. Het is al lang geleden dat de verzamelde Zaamslagse lagere scholen, al dan niet met de bijbel, dit ten gehore moesten brengen. Dit gebeuren vond jaarlijks voor het gemeente huis van Zaamslag plaats, tijdens de aubade aan de koningin, ter gelegenheid van haar verjaardag. Aangezien alleen het refrein bij mij is blijven hangen, heb ik het maar even opgezocht.
Thuis in Goes.
Zeeuws-Vlaams volkslied, nog steeds springlevend
Wie
denkt dat volksliederen provincie- of landgebonden zijn, heeft
het mis. Ook Zeeuws-Vlaanderen heeft een eigen volkslied,
geboren uit de wens Nederlander te blijven en niet te worden
ingelijfd bij België. Het Zeeuws-Vlaamse volkslied is nog steeds
springlevend en wordt bij veel gelegenheden ten gehore gebracht.
Zeeuws-Vlaanderen hoort bij Zeeland, maar is door zijn ligging
meer verbonden met België. Dit maakt de Zeeuws-Vlaming anders
dan de andere Zeeuwen. Ze hebben een meer Vlaamse tongval en
zijn iets Bourgondischer en minder behoudend ingesteld dan de
rest van de Zeeuwen, al beginnen de verschillen wat te vervagen.
Ondanks de ligging en de Vlaamse tongval willen de
Zeeuws-Vlaamse inwoners graag blijven horen bij Nederland.
Ontstaan Zeeuws-Vlaams volkslied
Na de Eerste Wereldoorlog vond België dat
Nederland zich pro-Duits had opgesteld. Nederland was immers
neutraal gebleven tijdens de Eerste Wereldoorlog en zodoende
hadden de Nederlanders veel minder geleden onder de oorlog dan
hun Zuiderburen. België wilde, om de wederopbouw van hun eigen
land te bespoedigen, twee Nederlandse gebieden annexeren. Dit
waren Zuid-Limburg en Zeeuws-Vlaanderen. Zuid-Limburg vanwege de
steenkool en Zeeuws-Vlaanderen vanwege de toegang tot de
Schelde. De plannen waren om van Antwerpen een wereldhaven te
maken.
Zeeuws-Vlaanderen wachtte echter niet werkeloos af. Er werden
overal anti-annexatiecommités opgericht en allerlei acties
ondernomen. Vooral dominee Jacob N. Patist uit Aardenburg maakte
zich sterk voor de anti-annexatie beweging. Hij schreef samen
met J. Vreeken in 1919 de tekst van het Zeeuws-Vlaams volkslied.
De muziek is van A. Lijssen. Gelukkig blijkt het Vlaamse
gedeelte van België de banden met Nederland niet te willen
verstoren. Het annexeren blijkt vooral een Waalse eis. Wanneer
dan ook nog blijkt dat de rest van Europa hier uit angst voor
een nieuwe oorlog niet achter staat, gaat de annexatie niet
door.
Waarom hoort Zeeuws-Vlaanderen bij Nederland?
Geografisch gezien hoort Zeeuws-Vlaanderen bij België. Hoe is
dit gebied dan toch bij Nederland terecht gekomen? Dit hebben we
te danken aan de tachtigjarige oorlog, ook wel Nederlandse
Opstand genoemd. Tijdens de tachtigjarige oorlog hielden de
Geuzen Zeeuws-Vlaanderen bezet. Zo konden ze de doorvoer naar
Antwerpen blokkeren. Antwerpen was indertijd in Spaanse en later
nog even in Oostenrijkse handen, na de Spaanse Successieoorlog.
Tijdens de tachtigjarige oorlog hoorde Zeeuws-Vlaanderen dus bij
de Nederlandse provincies. De precieze grenzen waren niet
duidelijk. Deze werden uiteindelijk vastgesteld bij het verdrag
in 1664. De grenzen werden hierin nauwkeurig beschreven en deze
grenzen zijn nu nog steeds van kracht.
Tekst Zeeuws-Vlaams volkslied
Waar eens 't gekrijs der meeuwen
Verstierf aan 't eenzaam strand,
Daar schiepen zich de Zeeuwen
Uit schor en slik hun land;
En kwam de stormwind woeden,
Hen dreigend met verderf,
Dan keerden zij de vloeden
Van 't pas gewonnen erf.
Refrein:
Van d'Ee tot Hontenisse
Van Hulst tot aan Cadzand
Dat is ons eigen landje,
Maar deel van Nederland.
Waar eens de zeeën braken,
Met donderend gedruis
Daar glimmen nu de daken,
En lispelt bladgesuis.
Daar trekt de ploeg de voren,
Daar klinkt de zicht in 't graan.
Daar ziet men 't Zeeuwse koren,
Het allerschoonste staan.
Daar klappen rappe tongen,
De ganse lieve dag.
Daar klinkt uit frisse longen,
Gejok en gulle lach.
Daar klinkt de echte landstaal,
Geleerd uit moeders mond.
Eenvoudig, zonder omhaal,
Goed Zeeuws en dus goed rond.
Daar werd de oude zede,
Getrouwelijk bewaard.
En 't huis in dorp en steden,
Bleef zuiver Zeeuws van aard.
Daar leeft men zo eendrachtig,
En vrij van droef krakeel.
Daar dankt men God almachtig
Voor 't toegemeten deel.
De worstelstrijd met Spanje,
Bracht ons het hoogste goed,
De vrijheid door Oranje,
Betaald met hartebloed.
Dat goed gaat nooit verloren,
De Nederlandse vlag,
Zal wapp'ren van de toren,
Tot op de jongste dag.